Deze longread is geoptimaliseerd voor gebruik op tablet en computer. Gebruik onderstaande button om uzelf een reminder te sturen per e-mail, zodat u deze productie kunt bekijken zodra u achter uw tablet of computer zit.

Werk uw browser bij!

U maakt gebruik van een verouderde browser die deze longread niet ondersteunt.

Om deze productie te kunnen bekijken, werkt u uw browser bij naar Internet Explorer 9 of installeert u een andere browser zoals Google Chrome of Mozilla Firefox.
 
dit is een publicatie van
 
Verhalen door Mark van Bergen en Max Steenberghe
Ontwerp/techniek door Erika Massuger
 
dit is een publicatie van
 
Het Woodstock-festival sloeg 45 jaar geleden een ijkpunt in de geschiedenis van de popmuziek en de jongerencultuur. Het piepkleine stadje Bethel daverde zo lang na van de hippie-tsunami dat pas nu voor het eerst de hekken van het oorspronkelijke festival-terrein opengaan voor een nieuw feest. En dat wordt een editie van Mysteryland, het oudste dancefestival ter wereld, georganiseerd door het Nederlandse ID&T. In drie producties reist deze website van Woodstock naar Mysteryland.
Deze longread bevat veel verborgen aanklikbare verrassingen. Voor de beste presentatie is het belangrijk dat u de geopende vensters steeds weer afsluit voordat u verder leest.
 
"'Zullen we?', vroeg de jongen op het terrein. We zullen."
Alles wat hij nog nodig heeft is een vergunning. En die heeft de jongen naast hem in zijn hand. 'Zullen we?', vraagt deze. "We zullen", antwoordt Michael.
Net zo bekend
als Jacko
Weinigen kennen zijn naam. Toch komt het belang van Michael Lang voor de popmuziek dicht in de buurt van dat van die andere Michael, Jackson. Lang zou ervoor zorgen dat in die kom een half miljoen jongeren drie dagen uit hun dak konden gaan. Drie dagen van love, peace and music. Woodstock. Een naam die wel zeker zo bekend is als die van Jacko.

Woodstock is het eerste superfestival. Maar het is meer, veel meer dan dat. Het wordt een raketstart van festivals en carrières. Santana is dan nog totaal onbekend, Crosby Stills en Nash spelen er hun tweede concert. The Who breekt er door. Melanie, Mountain, Canned Heat, Richie Havens en natuurlijk de vreemde Joe Cocker worden in één klap bekend. Veel zijn nog geen sterren maar die spelen ze wel van de hemel, opgezweept door de massa, de toekijkende concurrentie en, jawel, flinke hoeveelheden drugs.

Langharig werkschuw tuig
Maar Woodstock is nóg meer. Het is de openbaring van de hippiegedachte. Tot dan werden bloemenkinderen met scheve ogen aangekeken. Langharig werkschuw tuig. Maar Woodstock bewijst de wereld dat ze gelijk hebben. Dat, zoals de grond-eigenaar annex veeboer Max Yasgur zei, een half miljoen kinderen zonder problemen bij elkaar kunnen zijn, zonder ruzie, zonder wanklanken, maar met enkel fun and music. Opeens komt de underground aan de oppervlakte. De kiem voor de moderne festivals - of het nu pop, rock of dance is - wordt gezaaid.
Woodstock is een vriendelijk vreugdevuur in trieste tijden. De generatiekloof is zich aan het verharden. Vietnam, Nixon, de Black Panthers, dienstweigeraars, drugs, overal zijn conflicten opgedoken. Maar hier, nu, kan iedereen opeens met elkaar opschieten. De hippies delen alles, en dorpelingen schieten toe om te helpen. Wat net zo makkelijk een ramp van ongekende omvang kon worden, ontpopt zich als een symbool voor vrede en vriendschap.

Zou best kunnen
Wie zich Woodstock kan herinneren, was er zeker niet bij, zei Robin Williams ooit. En inderdaad: zo'n zes miljoen mensen claimen er geweest te zijn. De werkelijke aantallen zullen een raadsel blijven. Meest genoemd: 300.000 man op het terrein, 200.000 in de directe omgeving en nog eens een half tot heel miljoen vast op omringende wegen. Zelf weet Lang het ook niet. "Ik knik bij elk getal en zeg 'zou best kunnen'", grinnikt hij.

Woodstock in cijfers
1geval van diabetische coma
2uur minimum wachttijd bij de telefooncellen
3doden (acute blindedarm, heroïne en een man is slapend overreden door een tractor)
4dollar, prijs van een lsd-trip
6maanden organisatie
7minuten na vijf begon Richie Havens te spelen
10schoten in de lucht, gelost door een boze boer
15mannen voor continue leegzuigen van de toiletten
18dollar, prijs van een kaartje voor alledrie de dagen
24km in de omgeving is geparkeerd
25gemiddelde leeftijd van de organisatie
33arrestaties wegens drugsbezit
50doktoren zijn ingevlogen
60werkende telefooncellen
80rechtszaken na het festival
100inbeslagnames van drugs
120uur film geschoten
150agenten meldden zich vrijwillig
346agenten ingehuurd
450koeien liepen in totaal los op de kampeerterreinen
600toiletten op het terrein
6000mensen geholpen bij de EHBOposten
  
30.000sandwiches werd gesmeerd door een naburend nonnenklooster
50.000dollar vroeg Max Yasgur voor zijn weilanden (met oogst)
60.000mensen op het veld nog voor het festival begon
186.000verkochtte (officiele) kaarten
360.000mensen waren weg toen Hendrix als laatste begon te spelen
500.000telefoongesprekken gedurende de eerste dag
600.000dollar aan ongedekte cheques uitgeschreven
 
 
 
 
 
 
 
En dus tuigen de heren naar Wallkill met een plan voor een Aquarian exposition. Ze huren het terrein van een boer, het gemeentebestuur is gematigd enthousiast en nee, voor een expositie hebben ze niet eens een vergunning nodig.

Michael Lang heeft duidelijke ideeën over de poster. Ten eerste moet het duidelijk zijn dat het meer is dan enkel muziek: de aankondiging is voor een Aquarian Exposition. Het woord 'Woodstock' komt nauwelijks voor, wel groot 3 days of peace and music.

Wie de muziek maakt is ook niet het allerbelangrijkste, Michael wil ze per dag alfabetisch gerangschikt zien, zodat ego's geen rol spelen en het voor het publiek ook een verrassing zal zijn wie er als volgende opkomt. Dat laatste is tot in het extreme gelukt: de helft van de artiesten is lukraak het podium opgeduwd.

Het ontwerp van de poster is van Arnold Skolnick, een artiest die later een grote kunstboekenuitgeverij zou starten. Hij krijgt de opdracht op een donderdag met de vraag het ding maandagmorgen in te leveren.
Skolnick worstelt met het idee van een vredesduif in kleuren van de regenboog, maar daar is geen tijd meer voor. Hij ziet zijn dochtertje, net thuis van de kleuterschool, spelen met een kinderschaartje en knipt dan zelf gauw de gitaarnek en de vogel uit. Prachtig, zei Michael.
In maart begint de zaak te rollen. "We moesten groepen hebben. En dat was niet zo'n heel groot probleem. We wilden gewoon iedereen die we goed vonden. Maar we hadden wel regels. Niemand kreeg meer dan 15.000 dollar. En de poster zou alfabetisch zijn. Geen ego's." De handtekeningen verschijnen vlot. Jefferson Airplane, hitmachine Creedence Clearwater Revival, Blood Sweat & Tears, Canned Heat. Grote namen in die tijd. Maar ook kleine. Ene Joe Cocker, zo te horen een grote neger.
"De Beatles hadden 50.000 man getrokken en daar was rechts Amerika nog steeds niet van bekomen."
Als het balletje rolt, rolt het snel sneller. "We dachten aan 20.000 mensen. Maar gezien de namen die we kregen verdubbelde dat. Toen de voorverkoop begon, vlogen de eerste 20.000 kaartjes er zo snel uit dat we alles opnieuw verdubbelden. Dat merken ze ook in Wallkill, waar de boer zich terugtrekt. Een klein feestje oké, maar dit werd een hippiefeest. De Beatles hadden 50.000 man getrokken en daar was rechts Amerika nog steeds niet van bekomen."

Engelachtig
In Wallkill wordt een tweede terrein gevonden. Maar de tijd begint te dringen. Dubbel hard werken dus. Er wordt drainage ingegraven, kabels, riolering. De bouw van het podium begint, milieuvriendelijk, met een draaischijf om snel van installaties te kunnen wisselen.

Op het hoofdkantoor krijgt Lang gevraagd en ongevraagd hulp. De rockwereld hoort van groeiende plannen en meldt zich. Problemen ook. Maar met zijn persoonlijkheid krijgt Lang alles uit de weg. Hij weet wat hij wil, maar zal nooit drammen, nooit dreigen, nooit kwaad worden.

"Als je iets wilt, en het is goed, krijg je vanzelf medestanders. Als je iets moois wilt neerzetten is het logisch dat mensen je meehelpen in plaats van tegen." Zachte ogen staan in zijn engelachtige gezicht, omlijst met pijpenkrullen. Als iemand tegenwerkt, kijkt Michael net zo lang niet-begrijpend tot de ander overstag gaat.

Zwijnenstal
Behalve het gemeentebestuur van Wallkill. Dat ziet een hippie-invasie op zich afkomen. Lang praat wat-ie kan, maar wordt gewaarschuwd: in juni zal hij zich voor de gemeenteraad moeten verdedigen. Inmiddels is duidelijk dat hij wél een vergunning nodig heeft en vooralsnog loopt niemand warm om die te geven.
 
leden van de Hog Farm in een bus op weg naar Woodstock
Komt tijd komt raad, denkt Michael. "Er was genoeg te regelen." Dat het een en ander totaal uit de hand zou kunnen lopen, komt niet bij hem op. "Ik ben niet al te slim", grinnikt hij. Dan: "Het ging natuurlijk hard, maar ik kreeg van alle kanten hulp. En naarmate het festival groeide, groeide ook de kwaliteit van de mensen die aan kwamen zetten. Mensen die echt niet voor een kleintje vervaard waren en waar ik het volste vertrouwen in had."

En zo komt ook de Hog Farm op de proppen, de Zwijnenstal. Een bonte groep hippies die werkelijk alles doet wat hen goed lijkt. "Zonder hen was het een heel ander festival geworden." Ze organiseren soepkeukens, acteren, doen aan eerste hulp, zwerversopvang, organiseren en leven onderwijl in een commune waar niemand de baas is. "Elke keer als we kwamen praten, zaten we tegenover iemand anders, die dan zei dat hij er over zou nadenken."

De Hog Farm geldt als (Amerika's) langstlopende hippie-commune. Hij wordt in de sixties opgericht door Hugh Romney (die later de bijnaam Wavy Gravy krijgt). Ze doen van alles: toneel maken, biologisch verbouwen, politieke manifesten schrijven, maar ook zwerversopvang en boerenwerk op het land.
Michael Lang huurt hen in om kampvuren aan te leggen en een wegenplan te maken, maar op hun eigen verzoek mogen ze ook hun soepketels meenemen om, indien nodig, een enkel hongerige bezoeker te kunnen helpen. Ze komen ruim van tevoren naar het festivalterrein, zetten daar het backstage-dorpje op en verzorgen de werkers. Wavy Gravy gooit knuppels in het hoenderhok door tegen de pers te zeggen dat hij en de hippies voor de beveiliging moeten zorgen. In de praktijk komt er een zeker zo belangrijke taak bij: de EHBO-tenten, met name voor festivalgangers die teveel geslikt of gerookt hebben.

De Hog Farm bestaat nog steeds, en heeft een eigen jeugdkamp.
Hendrix had ook nagedacht. Michael loopt Jimi, de grootste ster van dat moment, regelmatig in Woodstock tegen het lijf en heeft hem allang warm gekregen voor het festival. Maar de superster is net terug van Monterey en had daar 150.000 dollar gekregen. Daar zit Michael dan met zijn eerlijke 15.000 dollar per groep.

 
 
Abbot Hoffman (1936-1989) was een ultralinkse activist, rebel en revolutionair. Met ongekende agressie werpt hij zichzelf op de voorgrond, beklimt barricaden en protesteert. Zijn credo Bust it up, break it down (gooi het om, breek het af) vult hij vaak genoeg aan met 'just voor de fun of it' (al is het maar voor de lol).

Het is voor velen de vraag gebleven in hoeverre de woede van Hoffman terecht of gericht was. Hij staat zowel bij rechts (Republikeinen), maar meer nog bij links (Democraten) te schreeuwen om gerechtigheid, zoals hij ook op Woodstock een plaats opeist. Maar zich uiteindelijk even makkelijk laat afkopen.

Met als achtergrond een psychologiestudie weet hij makkelijk mensen voor zich te winnen en krijgt altijd weer nieuwe volgelingen, tot Amy Carter toe, de presidentsdochter. Hij bestormt Wall Street en het Pentagon, de FBI had een dossier van 13.262 pagina's en hij wordt vele malen gearresteerd. Maar niet alleen voor activisme, ook voor handel in cocaïne, alhoewel dat volgens hem vieze spelletjes van de politie waren.

Uiteindelijk laat hij in 1974 zijn gezicht veranderen door plastische chirurgie en blijft tien jaar ondergedoken. Daarna begint hij gewoon overnieuw. Hij schrijft boeken als 'Fuck the System' en 'Steal this book', en overlijdt in 1989 door een overdosis van 150 pillen speed plus drank.

Hoffman komt als personage voor in de film 'Forrest Gump', in 'Born on the Fourth of July' speelt hij zichzelf.
 
 
 
Byrds
Waren bang voor grote festivals. En ze kregen geen garantie dat ze betaald zouden worden.
 
Dylan
De grote profeet woonde note bene in Woodstock, maar kwam niet. Organisator Lang zat een middag en avond bij hem thuis, maar het leek hem niet 'zijn scene'. Hij had iets tegen hippies, die hemzelf allemaal veel te serieus namen. Er wordt ook gezegd dat zijn dochter ziek was. Michael Lang durfde niet te zeggen dat hij echt niet kwam, dus tot het einde bleef het gerucht gaan dat Dylan een verrassingsset zou spelen. De verrassing was echter dat hij niet kwam.
 
Joni Mitchell
De frêle blondine was muze van veel grote namen, maar kwam zelf niet. De volgende dag zou ze in de grote talkshow van Dick Cavett staan en haar manager durfde het risico niet aan dat ze dat zou missen. Ze was dan ook op tijd, al zaten naast haar Grace Slick van Jefferson Airplane, en Crosby, Stills & Nash, nog in hun bemodderde kleren. Ze zou wel het nummer Woodstock schrijven dat CSN en Matthews Southern Comfort tot hit zongen.
 
Iron Butterfly
De groep zat in de supertop door culthit In-a-gadda-da-vida en prijkt dan ook trots op de poster. Maar de roem was hen iets te ver naar het hoofd gestegen. Ze lieten vanaf het Newyorkse Newark Airport bellen en eisten helikopters om hen van daaraf naar het festival te vliegen, waar ze meteen het podium opwilden. Lang hoorde er van en stak een middelvinger op. De groep heeft naar verluidt zes uur op het vliegveld staan wachten.
 
The Doors
Kwamen niet omdat Jim Morrison net zijn piemel uit zijn broek had gehaald bij een optreden en hij daardoor opeens erg controversieel was. Hij zou bang zijn om doodgeschoten te worden op het onoverzichtelijke festival. Robbie Krieger wilde niet omdat het een slappe herhaling zou worden van Monterey.
 
Chicago
De tegenhangers van Blood, Sweat & Tears stonden niet te springen om met hun concurrenten te spelen en hadden dat weekeind een groot concert in de beroemde Fillmore West. Een ander verhaal wil dat hun manager dat expres boekte zodat hun plaats kon worden opgevuld door nieuwkomer Santana.
 
Rolling Stones
De organisatie was er niet echt happig op om hen te vragen, omdat de Stones waarschijnlijk het hele feest zouden domineren. Mick Jagger was toen in Australië om de film Ned Kelly op te nemen, een enorme flop.
 
Jeff Beck
Net een paar weken voor Woodstock brak de groep van de meestergitarist uiteen. Rod Stewart liep weg. Pianist Nicky Hopkins kon het niet laten, ging toch naar het festival en speelde mee met Jefferson Airplane.
 
Eric Clapton
Na eerst de Yardbirds was ook Cream, de volgende groep van de gitaargod uit elkaar gevallen. Clapton had net contact gekregen met Steve Winwood met wie hij Blind Faith zou vormen. Ze trokken zich terug om samen muziek te schrijven.
 
Led Zeppelin
Ook vet populair en bezig met een Amerikaanse tour. Het voordeel werd een nadeel: daarom stonden ze dan al geboekt in New Jersey. Nee, dat gingen ze niet afzeggen, ze hadden geen zin om een podium te delen met dertig andere bands.
 
Free
Had gewoon geen zin.
 
Frank Zappa
Hield niet van modder.
 
Jethro Tull
Leider Ian Anderson hoorde dat het een groot hippiefeest zou worden en daar hield hij niet van. Ook vreemd genoeg, niet van blote meisjes. 'Als ik die zie wil ik me daar op kunnen concentreren, niet concerteren.'
 
Procol Harum
Had net een lange tour afgesloten, waren doodop en Robin Trowers vrouw stond op het punt van bevallen.
 
Moody Blues
Waren een favoriet van Michael Lang, stonden ook op de poster, maar hadden een concert in Parijs.
 
Beatles
Er gaan verschillende verhalen. Meest logische is dat ze niet mochten omdat Lennon een visumverbod had van Nixon. Tweede reden is dat ze al lang niet meer live hadden gespeeld. Derde wil dat Lennon zei dat ze alleen maar kwamen als Yoko's Plastic Ono Band ook mocht spelen en daar had de organisatie geen zin in.
 
De Grateful Dead, ultieme hippie- en festivalband mag alleen spelen van hun manager als Michael er een beginnende groep bijneemt. Het gaat om It's a beautiful Day en ene Santana. Kop of munt, het wordt Santana die 1000 dollar krijgt.

 
 
Max Yasgur
 
Dan gaat het echt snel. In allerijl trekken de werkers een dorpje verder, knappen eerst het motel op en leggen dan het terrein aan. Een voor een komen grote problemen op Michael af, maar hij reageert met een lach en een delegerende zwaai. Parkeren, EHBO, eten, elektra, duizend telefooncellen, hij geeft het uit handen, met een stapeltje blanco cheques en het verzoek zuinig te zijn.

Het wordt duidelijk dat dit heel groot gaat worden. Lang: "Iedereen had het over problemen vanwege de drukte. Maar die problemen zijn er omdat mensen naar binnen willen zonder kaartje. Wij legden dus meteen terreinen aan waar publiek gratis naar de muziek kon luisteren of kamperen."
De politie-commissaris stuurde tweehonderd van zijn grootste bullebakken op ons af
Maar er moest beveiliging komen. "We wilden per se geen veldagenten, zeker niet in uniform. Dus hebben we een oproep gedaan onder New Yorkse cops, wie wil er wat bijverdienen? We kregen vijfhonderd aanmeldingen. We stelden ze allemaal dezelfde vraag: wat doe je als iemand een joint opsteekt? Degenen die zeiden te arresteren bedankten we, 346 werden aangenomen."

Maar ook dat gaat de laatste week weer niet door. "De commissaris was woest. Hij verbood het en stuurde tweehonderd van zijn grootste bullebakken naar het festival. Die begonnen achteraan de 150 km file auto's te doorzoeken. Na drie dagen waren ze vijfhonderd meter verder opgeschoten. En onze vrienden-cops kwamen wel. We hadden T-shirts voor ze gemaakt. Geen Police Corps, maar Please Corps."
 
Verkopers drukken zelf kaartjes
"Opeens brak de laatste week aan. We kregen verontrustende berichten uit het hele land. Hippie-karavaans waren onderweg. Omdat veel voorverkooppunten uitverkocht waren, hadden verkopers zelf kaartjes gedrukt, of men kwam op de bonnefooi. Voor vrijdag rekenden we op 60.000 man, maar woensdag zaten er al 40.000 op het terrein. We waren net begonnen met de hekken, moesten we iedereen het veld afsturen en dan weer binnenlaten?"

Natuurlijk niet, er is genoeg te doen. Het podium is de grootste zorg, bouwhout is op en woensdagavond staat de organisatie voor de keus: of hekken, of een podium maken. Lang: "We kozen natuurlijk voor het laatste en hoopten dat mensen zo vriendelijk zouden zijn om toch kaartjes te kopen. Iemand kreeg de opdracht honderd hokjes te maken. Die vonden we na het festival op een parkeerterrein, niemand had de opdracht gekregen ze te plaatsen..."
 
 
De enorme impact van Woodstock op de wereld was vooral te danken aan de film en de soundtrack. Het was ook geen normale elpee, maar drie langspelers in een uitklaphoes. DRIE elpees! Dat was, op 11 mei 1970, voor het eerst in de popwereld.

Het album liep, ondanks de enorme prijs van vijftig gulden, hard omdat het ook meteen een mooie dwarsdoorsnede was door de pop. Hardrock, latin, folk, ballads, alles stond er op met ook Max Yasgur en andere grappen vanaf het podium.

Kort erop kwam Woodstock Two uit, nu een dubbelaar met extra nummers van Hendrix, Joan Baez, Jefferson Airplane, CSN&Y plus Mountain en Melanie.

Beide albums werden ook overgezet op cd. En in 1994 bij het 25-jarig jubileum kwam alle muziek ervan maar dan zonder de stormgeluiden en de annonces van het podium uit in een luxe box (op elpeeformaat) met vier schijfjes.

In 2009 werd het nog mooier: een 40-jaars feestversie met zes cd's waarop nu wel een schat aan nieuw materiaal. Sterker: eindelijk is elke artiest met minstens een song te horen, al ontbreekt vreemd genoeg The Band en de topper I'm going home van Ten Years After. Nu ook de complete toespraak van Yasgur, veel meer aankondigingen, en de ruzie tussen Hoffman en Townshend. Ook voor het eerst, in een boekje, de setlists en andere trivia.

Maar baas boven baas: in 2012 verscheen Woodstock Complete: 26 cd's met 312 nummers. Alles wat beschikbaar was is opgepoetst en levert bij elkaar ruim 25 uur materiaal.

Heel wat artiesten hebben in de loop der jaren ook Live-at-Woodstock-albums uitgebracht: Hendrix, Country Joe, Janis, Richie Havens, Cocker. Maar de kwaliteit ervan haalt het niet bij de soundtracks. Van The Who, Grateful Dead, Mountain, CCR en anderen circuleren ook bootlegs: illegale uitgaven vaak van opnames vanaf het terrein die nauwelijks aanhoorbaar zijn.
En dan is er ook nog gedoe over de elpee-opnames en de film. Die lijkt een goed idee, ook omdat er wellicht geld uit kan komen, maar niemand heeft tijd om het te regelen. In de filmwereld zelf wordt contact gezocht met de organisatie, maar die is constant in gesprek en heeft geen zin in alweer een probleem. Uiteindelijk zullen er twee regisseurs zijn, met vele tientallen cameraploegen die samen tweehonderd uur aan materiaal zullen filmen. Terwijl er toch zeker eenderde van de artiesten niet opstaat.

Er zijn twee films van Woodstock. De eerste is als laatste uitgekomen: Woodstock Diary van de Brit D. A. Pennebaker. Deze wilde dolgraag de officiële filmrechten hebben. Maar Michael Lang had het te druk om een knoop door te hakken, zodat Pennebaker anderhalve week voor het festival simpelweg naar het terrein ging en begon te filmen.

Twee dagen voor het festival echt begon tekende de andere producer Artie een exclusieve deal met de grote Warner Brothers studio en regisseur Michael Wadleigh. Michael vroeg Pennebaker toch te blijven, als een backup en hij zou het later wel gladstrijken.
'Diary' werd uiteindelijk een drie uur durende tv-film.

Wadleigh pakte enorm uit. Hij huurde tachtig man en stuurde tientallen ploegen het terrein op: 'Film wat je filmen kunt'. Het leverde hem wel een startprobleem: hij kon niet genoeg lege film inkopen en de rollen werden door Kodak per helikopter geleverd.
Zelf nam hij de musici voor hun rekening. Dat ging niet zonder problemen, een stel artiesten weigerden toestemming. Vlak voor elk optreden kwam iemand op hen af met een contract: ze zouden 10% extra krijgen, daar gingen onder andere Keef Hartley en de Creedence niet mee akkoord. Grateful Dead kon niet gefilmd worden wegens elektrocutiegevaar, bij Ten Years After was de filmrol bijna op.

Uiteindelijk lag er in totaal 120 uur film, een onwerkbare hoeveelheid. Martin Scorsese werd gevraagd om de film te monteren en hij kwam op het idee om twee, drie soms vier beelden naast elkaar te gebruiken. Dat was cool, ze konden tweemaal zoveel materiaal gebruiken en zo was te zien wat er op het podium en op het veld gebeurde.
De 184 minuten durende eindversie kreeg in 1970 een Oscar als beste documentaire en Warner zou er ruim vijftig miljoen aan verdienen. In 1994 kwam een veertig minuten langere directors cut uit. In 2004 werd die digitaal opgepoetst, kreeg een 5.1 geluidsmix plus twee uur aan extra's (niet eerder vertoonde songs van onder andere Melanie, CCR, Janis Joplin en anderen).

Opmerkelijk: geen van de films houdt de echte volgorde van de artiesten aan.
 
 
Vrijdag
17.00 - 19.00 Richie Havens
19.10 - 19.20 Swami Satchidananda
19.30 - 20.10 Sweetwater
20.20 - 21.15 Bert Sommer
21.20 - 21.45 Tim Hardin
22.00 - 22.35 Ravi Shankar
22.50 - 23.20 Melanie
23.55 - 00.25 Arlo Guthrie
00.55 - 02.00 Joan Baez
Tim Hardin is tweede maar verstopt zich. Zodat Michael met zijn aller-engeligste gezicht op Richie Havens
17.00 - 19.00: Richie Havens
SETLIST: Minstrel from gault, High flyin' bird, I can't make it anymore, With a little help, Strawberry fields forever, Hey Jude, I had a woman, Handsome Johnny, Freedom
Niet alleen musicus maar ook dichter, schilder en acteur. Zijn percussiegitaar zat tussen soul en folk. Dat kwam goed uit toen hij Woodstock opende en al snel door zijn repertoire heen was. Hij wist het niet meer, keek het publiek in en zag het woord vrijheid, freedom. Hij begon het te scanderen, sloeg akkoorden aan en verzon het nummer. Af en toe liet hij het overlopen in Motherless child. Zijn stem klonk als geen ander omdat hij een vals gebit had. En natuurlijk gaat het net op Woodstock los zitten. Freedom katapulteerde Havens' muzikale carrière. Hij speelde op de inauguratie van Clinton en stierf in 2013. Zijn as is uit een vliegtuig over het terrein uitgestrooid.
afloopt. De boomlange neger is meer kunstenaar dan zanger, staat als vijfde gepland, stikt van de zenuwen, maar loopt uiteindelijk naar voren. Hij speelt zijn hele repertoire, krijgt seintjes dat er nog steeds niemand anders is, laat dan wat Beatlecovers horen en begint uiteindelijk na anderhalf uur wat te improviseren op het woord 'Freedom'. Het zal een wereldhit worden.

 
 
 
Omdat het blijft regenen wil de volgende groep de Incredible String Band niet spelen en hop, wordt de kleine Melanie
22.50 - 23.20: Melanie
SETLIST: Close to it all, Momma momma, Beautiful people, Animal crackers, Mr. Tambourine man, Tuning my guitar, Birthday of the sun
Het troubadour-meisje liep bij toeval rond: Michael Lang had hetzelfde kantoor als haar. Ze werd door haar moeder naar het festival gereden. Daar zag moeder Sly Stone stoned voorbij dansen en Janis Joplin stomdronken met een fles. Moeder was niet blij.
Eigenlijk zou de Incredible String Band spelen, maar die weigerde omdat het regende en er geen publiek zou zijn. Dus kwam Melanie. Terwijl ze het podium opliep voelde ze 'hoe haar geest haar lichaam verliet'.
Volgens Melanie is zij degene die de gewoonte begon om aanstekers omhoog te houden tijdens concerten.
het podium opgeduwd. Zij had nooit voor meer dan 500 mensen opgetreden maar met haar openingsnummer Beautiful People schiet ze meteen raak. Om een idee te krijgen hoeveel mensen er zijn, vraagt ze hen een kaarsje op te steken. Het is een adembenemend gezicht waar ze later een hit over zal schrijven: Candles in the rain (Lay down).

Jimi Hendrix zou zijn akoestische set doen, maar is in geen velden of wegen te bekennen. Dus komt Arlo Guthrie
23.55 - 00.25: Arlo Guthrie
SETLIST: Coming into Los Angeles, Wheel of fortune, Walking down the line, Oh Mary, Don't you weep, Every hand in the land, Amazing Grace
Met Dylan dé stem van het gezongen protest leek Arlo Guthrie, zoon van folklegende Woody, voorbestemd voor Woodstock. Hij was er vroeg, maar apestoned toen hij opkwam. Hij had begrepen dat hij naar de zaterdag was verschoven en had een pilletje geslikt.
Hij giechelde wat voor zich uit, deels uit ongeloof en angst voor wat hij voor zich zag. Hij had het over anderhalf miljoen mensen, maakte foute grapjes, maar zong de sterren van de hemel. Dat ging al snel achteruit en binnen een half uurtje was hij weer weg.
Zijn latere carrière schoot alle kanten op. Woodstock was een kortdurend hoogtepunt.
op maar hij heeft te dicht bij Tim Hardin gezeten en kan eveneens nauwelijks uit zijn ogen kijken. Hem was verteld dat hij de volgende dag zou spelen, dus nam hij een lsd-pilletje maar een kwartier later staat hij on stage. Voor een half uurtje. Joan Baez,
00.55 - 02.00: Joan Baez
SETLIST: Oh happy day, Last thing on my mind, I shall be released, No expectations, Joe hill, Sir Galahad, Hickory wind, Drug store truck driving man, One day at a time, Take me back, Warm and tender love, Swing low, We shall overcome
Vrouwelijke tegenhanger en muze van Bob Dylan. Frêle, met grote gitaar en een engelenstem oogde ze breekbaar, maar is haar hele leven onwrikbaar gebleven. Zelf begenadigd songschrijver oogstte ze evenveel succes met covers, vooral van minnaar Bob Dylan. Ze was actief op alle fronten en leidde de samenzang van We shall overcome op de protestmars waar Martin Luther King zijn speech zou geven. Tijdens Woodstock was ze zes maanden zwanger en getrouwd met David Harris die ze in de gevangenis had ontmoet. Ook tijdens Woodstock zat David vast als dienstweigeraar. Begin 2000 had ze een relatie met Steve Jobs. Ze treedt nog steeds op.
hoogzwanger, zal de eerste dag afsluiten met een lange ingetogen set.
Kamperen, kliederen, kletsen, kussen, zwemmen, zwammen, zweven; alles kan en mag
Zaterdag moet de muziek een stuk steviger worden. Er is nog eten op het veld, het publiek heeft het terrein tot in de verste verten in beslag genomen en alles verloopt gemoedelijk. Kamperen, kliederen, kletsen, kussen, zwemmen, zwammen, zweven; alles kan en mag. Wow! Helemaal vooraan bij het podium blijft iedereen zitten waar hij zit, maar verderop wordt het ontbijt een groot verbroederingsfeest. Zen-cursussen, gezamenlijk badderen, kinderen verzorgen.

Zaterdag
12.05 - 12.45 Quill
13.00 - 13.30 Country Joe McDonald
14.00 - 14.45 Santana
15.30 - 15.55 John Sebastian
16.45 - 17.30 Keef Hartley Band
18.00 - 18.30 Incredible String Band
19.30 - 20.30 Canned Heat
21.00 - 22.00 Mountain
22.30 - 00.05 Grateful Dead
00.30 - 01.20 Creedence Clearwater Revival
02.00 - 03.00 Janis Joplin
03.30 - 04.20 Sly & the Family Stone
05.00 - 06.05 The Who
08.00 - 09.40 Jeffferson Airplane
Het dorp is over de schok heen en steekt de handen uit de mouwen. Een enkeling spreekt er schande van, maar de meerderheid ziet het publiek als kinderen en helpt waar ze helpen kan. Vrijwel alle toiletten en telefoons in het dorp zullen continue gebruikt worden, sommige boerinnen zetten teilen aardappelpuree buiten. Max Yasgur ontsteekt in woede als hij hoort dat een buurman colaflesjes water voor een dollar verkoopt.
 
Lsd
Maar achter de schermen doemen problemen op. Grote zorgen over het lsd-gebruik. Dankzij grappenmakers zit het in eten en drinken, Langs grootste zorg is dat hij drie dagen lang alleen uit gesloten flesjes moet drinken en de eerste dag is rondgeroepen uit te kijken voor de bruine pillen die rondgaan. Die waarschuwing heeft averechts effect. Veel trippers die lekker gingen, raken in paniek dat ze vergiftigd zijn en de Hog Farm wordt platgelopen met mensen op een bad trip.

Hoewel het volgens Michael Lang alleszins meevalt, staat Woodstock ook bekend om massaal druggebruik. Het publiek bestond immers grotendeels uit hippies en volgens het cliché waren dat langharige hasjrokers. Dat werd ook volop gedaan, maar opvallender was het lsd-gebruik.
Lsd is een chemische substantie, meestal vloeibaar, die in de psychiatrie werd gebruikt. Het middel geeft een enorme hallucinerende roes, niets is wat het lijkt, en gebruikers hebben het over een reis door hun geest of onderbewustzijn. Vandaar dat gebruik trippen wordt genoemd. Het is niet zonder gevaar: alle emoties worden versterkt dus ook angst. Dat kan paniek geven, de zogenaamde bad trip.
Omdat het aanvankelijk een geneesmiddel was, werd het pas rond het festival verboden verklaard. Maar daarom niet getreurd, het bleef ruim voorhanden. Gebruikers druppelden een dosis op suikerklontjes, vloeipapier, pillen of vloeitjes en slikten het door. Binnen een half uur begint dan het wereldbeeld te kantelen.
Lsd wordt vaak zelf gemaakt. Maar waar mensen werken worden fouten gemaakt en vanaf het begin van het festival werden waarschuwingen van het podium geroepen, met name een bruine soort was niet al te best. De waarschuwingen werkten averechts: wie tripte raakte opeens in paniek omdat hij/zij mogelijk vergiftigd was. De Hog Farm ontfermde zich over deze slachtoffers maar ze konden de drukte niet aan. Dus werd er een oplossing gevonden door de mensen zelf in te schakelen. Als iemand met een bad trip zich meldde nam een helper hem apart, kalmeerde hem, gaf wat te drinken en bleef net zo lang in de buurt totdat hij in slaap viel. Eenmaal wakker en helder werd dan wel verwacht dat je een volgende klant onder je hoede nam.
Omdat het goedkoop, reuk- en geurloos is, werd het al dan niet als grap vaak in drankjes gegooid en met name backstage zat het in vrijwel elk glas. De weinige artiesten die niet bewust zelf iets slikten, kregen het wel via hun sinaasappelsap binnen. Een van de grootste zorgen van Lang zelf was dat hij alleen uit afgesloten flesjes kon drinken.
 
 
Twee baby's geboren
Backstage alarm. Een gezondheidsinspecteur meldt zich, is stiekem meegelift met de vele helikopters, en is voornemens de hele zaak te sluiten. Michael: "Maar hij heeft zijn dochter bij zich, die hoort dat Jimi Hendrix rondloopt en ze verdwijnt. Haar vader gaat haar zoeken en we hebben hem nooit meer gezien." En in de EHBO-tent wordt de eerste van twee baby's geboren (er zouden ook twaalf miskramen zijn).

Janis Joplin is inmiddels gearriveerd, ziet het massale publiek en trekt zich meteen terug voor een monsterdosis heroïne die haar de rest van de dag kalm zal houden, als de fles Southern Comfort dat al niet doet. Veel artiesten blijven bij haar feesten, nog steeds wil (of kan) niemand het podium op totdat Michael zijn vriend John Sebastian.
15.30 - 15.55: John Sebastian
SETLIST: How have you been, Rainbows over your blues, I had a dream, Darlin' be home soon, Younger generation
Het volgende slachtoffer van de files. Ook deze troubadour liep lekker high te zijn backstage, zou niet eens optreden, maar moest opeens toch een gat vullen. Het bloemenkind maakte zijn naam waar, zong vijf softe songs, en babbelde tussendoor maar raak, over zijn pasgeverfde t-shirt, over de hier-geboren baby, hij vroeg of iedereen zo vriendelijk wilde zijn straks zijn eigen rommel mee te nemen.
De singer-songwriter was net uit de Lovin Spoonful gestapt, die hippiehits scoorden als Summer in the city. Woodstock zou hem nog dieper de undergound in helpen: hij speelde samen met The Doors, CSNY en anderen.
maar naar voren duwt. Erna de Keef Hartley Band.
16.45 - 17.30: Keef Hartley Band
SETLIST: Spanish fly, She's gone, Too much thinkin', Believe in you, Rock me baby, Medley
Het was de eerste Engelse groep op het podium, maar de blues-rock met jazz sloeg totaal niet aan. Na vijf nummers waren ze weg. Ze zeiden dat het kwam omdat hun instrumenten ergens in de file stonden en ze op Santana's spullen moesten spelen.
Ze zijn niet gefilmd omdat een productiemannetje net de setlist wilde overschrijven toen de manager van Keef aan kwam stormen. Hij wist van niks, wilde geld zien en zo niet dan ging het niet door. Oke, zei de filmer en verscheurde zijn aantekeningen.
en eindelijk de Incredible String Band.
18.00 - 18.30: Incredible String Band
SETLIST: Invocation, The letter, Gather 'round, This moment, Come with me, When you find out who you are
Een grote naam, de Schotten speelden psychedelische folkrock op rare instrumenten en droegen gedichten voor. How hippie can you get?
Maar het gezelschap moest de prijs betalen voor hun weigering de eerste dag in de regen te spelen. Nu kwamen ze tussen kanonnen als Santana, Grateful Dead en The Who en hun introverte complexe gepingel ging helemaal verloren. Wat een hoogtepunt had kunnen zijn, bleek het begin van het einde: de groep is nooit over de flater heengekomen.
Ze vallen in het niet bij de vrolijke noten van Canned Heat
19.30 - 20.30: Canned Heat
SETLIST: I'm her man, Goin up the country, A change is gonna come, Too many drivers, I know my baby, Woodstock boogie, On the road again
De ongecompliceerde boogie-blues van Canned Heat sloeg geweldig aan. Binnen een paar minuten stond het hele veld te dansen. Goin' up the country werd een lijflied van het feest. Halverwege de set kwam een fan het podium op, en bietste een sigaret van dikke beer Bob Hite. Dat bleek pas bij de langere versie van de film, in de eerste montage is Goin' up the country alleen te horen. Maar het feestje was bijna niet doorgegaan. Twee dagen voor het concert liep de bassist weg. Hij werd snel vervangen, maar daarna sloot de drummer zich op, uit woede omdat ze niet konden repeteren.
Hoewel veel leden inmiddels zijn gestorven, bestaat Canned Heat nog steeds, met enkel de boze drummer als oorspronkelijk lid.
en de monsterrock van Mountain.
21.00 - 22.00: Mountain
SETLIST: Blood of the sun, Stormy monday, Theme for an imaginary western, Long red, Yasgur's Farm, Beside the sea, Waiting, Dreams of milk and honey, Blind man, Dirty shoes blues, Southbound train
Een nieuwkomer in de stijl van Cream: heavy blues van supergitarist Leslie West. Woodstock was hun vierde optreden, de debuutelpee zou volgend jaar verschijnen, ze mochten komen omdat Clapton niet kwam.
Het concert was bijna niet doorgegaan. Ook West was opgehaald per helikopter. Hij zat in de deuropening en net toen ze het terrein zagen brak hij een popper open onder zijn neus. De flash was zo groot dat hij bijna naar buiten viel. West speelde alles plat en doet dat heden ten dage nog. Hij wordt gezien als een grondlegger van heavy metal.
Backstage is de vlam in de pan gevlogen. De centen zijn op, dat is duidelijk, en de managers van Grateful Dead en The Who zetten Lang klem. Ze willen hun tien mille, anders spelen ze niet. Lang haalt zijn schouders op. "Zal ik dat even rondroepen", dreigt hij. Maar de managers nemen geldschieter John te grazen. Deze schrikt wel maar heeft ook geen geld. Uiteindelijk krijgt hij een bankdirecteur in Bethel wakker die zijn kantoor opent en drie kwartier lang cheques van honderd dollar aftekent.

 
 
 
Op het randje van een ramp
Het is inmiddels allang zondag. En het festival zit op het randje van een ramp. Het terrein is doorweekt, de mensen ook, het eten raakt op, niemand kan voor- of achteruit, de wereld ziet bezorgd toe. Toch reageert het publiek nog steeds opgetogen. Er heerst besef dat hier iets unieks aan het gebeuren is, dat het al heel lang goed gaat, dat er nog steeds geen (echte) puinhoop is. Beetje honger, beetje dorst, slapende voeten, vieze kleren, slecht geslapen, ach, nou en?

Zondag
13.55 - 14.00 Max Yasgur
14.00 - 15.25 Joe Cocker
15.30 - 18.30 Storm
18.30 - 20.00 Country Joe & the Fish
20.15 - 21.15 Ten Years After
22.00 - 22.50 The Band
Lang en consorten zijn overal en nergens. Plakken noodverbanden. Ze proberen voedsel het terrein op te krijgen. De Hog Farm loopt rond met vuilniszakken muesli. Niemand durft het hardop te zeggen maar ondanks alle ellende blijft de stemming op het veld top. Later zal blijken dat de gouverneur serieus overweegt om de burgerbescherming het terrein te laten ontruimen. Maar op het podium steelt Max Yasgur
13.55 - 14.00: Max Yasgur
spreekt het publiek toe
De eigenaar van de grond, een 45-jarige boer, kreeg een minutenlang applaus. En na zijn eerste vier woorden "I am a farmer" kwam daar nog een ovatie overheen. Hij zei dat de jongeren iets aan de hele wereld bewezen: dat half een miljoen kids bij elkaar konden komen voor drie dagen van fun and music, en niets anders dan lol en muziek hadden, zonder ongeregeldheden. "En daar wil ik jullie voor bedanken."
alle harten met een kort woord. Zijn eerste woorden "Ik ben een boer" leveren een staande ovatie.

De muziek zet voorbeeldig in, alweer een hoogtepunt door de onbekende Joe Cocker,
14.00 - 15.25: Joe Cocker
SETLIST: Dear landlord, Something's coming on, Do I still figure in your life, Feelin' alright, Just like a woman, Let's go get stoned, I don't need no doctor, I shall be released, Hitchcock railway, Something to say, With a little help from my friends
Toen de organisatie Cocker tekende, dachten ze een grote neger op het podium te krijgen. Maar opeens stond daar een blanke rauwe Engelse arbeiderszoon, begeleid door een superband. En die wisten ook niet wat ze zagen! De drummer had vanuit de heli al overgegeven op het publiek van angst. Joe verpletterde en zou net als Santana meteen een superster worden. Dat kwam vooral door zijn uitvoering van de Beatlesong With a little help form my friends. Wat opviel was zijn haast spastische act met veel armgezwaai. Voer voor komieken, zelfs de Muppets deden een parodie. Op internet circuleren filmpjes waarin zijn onverstaanbare teksten reclame lijken.
tot veler verrassing geen neger, maar wel zo gek als een deur. Dolle pret. Maar net als hij ophoudt, wordt het donker. Kijk achter je, schreeuwt iemand naar de spreekstalmeester en die schrikt zich een ongeluk: zwarte wolken pakken zich razendsnel samen. Opeens steekt een storm op. Rukwinden rammelen aan de geluidstorens die angstaanjagend wiebelen, regen valt met bakken uit de lucht. Op het podium is het levensgevaarlijk, omroepers blijven kalmerende woorden spreken maar dan moet de stroom er echt af.
Lang: "Het was een enorm dilemma. Een massale elektrocutie dreigde, of verpletterend instorten van de torens. Maar als we de zaak stopten zou dat een rel veroorzaken. Dus we gingen door." Country Joe en zijn band beginnen een akoestische yell. 'Als we hard genoeg zingen kunnen we de regen stoppen!'
15.30 - 18.30: Storm
het programma viel drie uur stil door een grote storm
Na Joe brak de overbekende storm los. Grote paniek bij de organisatie die vooral bang was voor eenzelfde paniek onder het publiek, elektrocutie en instorten van de niet al te stevige geluidstorens. Veel fans waren er ingeklommen en uit alle macht werd geprobeerd hen naar beneden te praten. Iedereen die in de buurt zat, moest ze vooral in de gaten houden om weg te kunnen vluchten.
Sprekers probeerden het publiek kalm te houden. Ze lieten hen roepen (no rain!) en klappen. Maar op een gegeven moment werd het zo gevaarlijk dat de stroom van het geluid afmoest. De vonken sprongen in het rond. De omroepers bezwoeren het publiek dat ze hen niet in de steek zouden laten.
Het lukt niet, maar het verbroedert wel. Na drie uur bedaart de storm en Michael heeft een verrassing: het vliegtuig, dat die ochtend broodjes rondstrooide, laat nu duizenden bloemen vallen.

De muziek gaat verder. Country Joe,
18.30 - 20.00: Country Joe & the Fish
SETLIST: Rock & Soul Music, Love, Not so sweet Martha Lorraine, Sing sing sing, Summer dresses, Friend lover woman wife, Silver and gold, Maria, Love machine, Since you told me, Crystal blues, Rock & soul Music (Reprise), "Fish" Cheer, I-feel-like-I'm-fixin'-to-die-rag
Door de storm is een groot deel van dit optreden verloren gegaan: de opname-apparatuur haperde. Joe McDonald stond voor de tweede keer op het podium: hij had zaterdags al een korte solo-set gedaan om tijd te vullen. Heel bijzonder werd het ook niet: Joe was uitgeput en doorgerookt. Als toegift werd opnieuw de Woodstock-klassieker I-feel-like... gespeeld, opnieuw met het spellen van FUCK. Nu riep elk bandlid een aparte letter.
zet de elektriciteit aan en speelt door. Dan Ten Years After,
20.15 - 21.15: Ten Years After
SETLIST: Spoonful, Good morning little schoolgirl, Hobbit, I can't keep from crying, Help me, I'm going home
Een absoluut hoogtepunt: het 12 minuten durende I'm going home. Vrijwel helemaal een gitaarsolo door de (toen) snelste gitarist ter wereld, met een grote bijrol voor bassist Leo Lyons. Een beetje snarenliefhebber kent elke noot. Uitdaging: er zijn 3 versies, die op de soundtrack duurt maar 9 minuten. Dit is het enige nummer dat bewaard is gebleven: weer vloog alle apparatuur er uit en de tape was op. I'm going home is dan ook niet helemaal echt: de drummer is toegevoegd.
Zelf vond Lee het niet zo geweldig. Hij herinnerde zich alles vooral door de angstaanjagende helikoptervlucht, hij had zich helemaal ingesnoerd. Het komt terug in zijn aankondiging: "I'm going home -by helicopter."
snarenwonder Alvin Lee schiet de sterren uit de hemel met I'm going home. The Band,
22.00 - 22.50: The Band
SETLIST: Chest fever, Don't do it, Tears of rage, We can talk, Long black veil, Don't you tell Henry, No more cane on the Brazos, This wheel's on Fire, I shall be Released, the Weight, Loving you
Heel de wereld verwachtte Bob Dylan op Woodstock (hij woonde er!), maar die had er geen zin in. Wel kwam zijn (ex-)begeleidingsgroep The Band. Fantastische musici, die zelfs de cover van Time Magazine haalden.
Kwam het door de weigerende Dylan, kwam het door eigen eigenzinnigheid: er is weinig bekend over het optreden, het mocht ook niet worden opgenomen. Uit de setlist blijkt dat het optreden voor het grootste deel van de elpee Music from Big Pink komt, opgenomen vlakbij Woodstock. Zelf zei Robbie Robertson ooit dat hij zich een vreemde eend in de bijt voelde, met hun zorgvuldig-gecomponeerde nummers tussen hardrockers Ten Years After en Johnny Winter. Het gros van de leden is overleden.
doet goed werk, maar het publiek blijft schreeuwen om voorman Bob Dylan die niet komt. Johnny Winter
00.00 - 01.05: Johnny Winter
SETLIST: Mama, Talk to your daughter, Leland Mississippi blues, Mean town blues, You done lost your good thing now, Mean mistreater, I can't stand it, Tobacco Road, Tell the truth, Johnny B. Goode
Officieel zou Woodstock nu afgelopen moeten zijn, maar niks ervan. En het zou ook zeker geen rustige nacht worden, met blueskoning Johnny Winter aan de gitaar. Knalharde solo's galmden over het veld en bliezen de lieflijke samenzang van The Band de zee in. Drie nummers speelde Johnny met zijn (albino-)tweelingbroer Edgar op toetsen en sax.
Het was een vervaarlijk optreden van een vervaarlijk man. Drugsverslaving en een affaire met Janis Joplin maakten hem een held van de underground.
heeft zijn albinotweelingbroer meegenomen, Blood Sweat & Tears
01.30 - 02.30: Blood Sweat & Tears
SETLIST: More and more, Just one smile, Something's coming on, More than you'll ever know, Spinning wheel, Sometimes in winter, Smiling phases, God bless the child, And when I die, You've made me so very happy
Het jazzy gezelschap had een grote naam door stevige hits, was als publiekstrekker getekend, maar maakte het niet helemaal waar: zanger David Clayton-Thomas was hoorbaar nerveus en zong er af en toe net naast.
Er is vrijwel niks van hun optreden overgebleven. Tegen deze tijd was allang duidelijk dat er absoluut geen geld meer in de knip zat. Ze traden wel op, maar er mocht niks worden opgenomen. BS&T is ook daarom een van de grote onbekende acts van Woodstock. Het bleek het begin van het einde: niet lang erna viel de groep uiteen. Ze spelen wel allemaal nog, in verschillende bezettingen.
speelt wat hits en dan komen drie aarzelende kerels naar voren: Crosby Stills en Nash.
03.00 - 04.00: Crosby Stills en Nash (& Young)
SETLIST: Akoest. Suite: Judy blue eyes, Blackbird, Helplessly hoping, Guinnevere, Marrakesh express, 4 + 20, Mr. Soul, I'm wonderin', You don't have to cry. Elektr. Pre-road downs, Long time gone, Bluebird revisited, Sea of madness, Wooden ships, akoest: Find the cost of freedom, 49 Bye-byes
Dit trio bestond niet eens. Ze hadden net hun debuut opgenomen. Michael tekende ze nadat hij een proefpersing had gehoord. Die vrijdag belde Stills nog om het af te zeggen: 'Niemand kent ons, we hebben nog nooit gespeeld'. Laat nu net op dat moment hun proefpersing over het terrein schallen.
Ze winden er onstage geen doekjes om. Nerveus giechelend bekennen ze dat dit het tweede optreden is. 'Vertel hen wie we zijn', roept Nash. En dan beginnen ze gewoon te spelen. En krijgen het hele terrein stil met hun wonderlijke muziek.
Ze zijn doodnerveus, hebben akoestische en a-capella nummers, maar de avond ervoor traden ze voor het eerst op. "We doen het in onze broek", bekent Nash hardop.

 
 
 
 
 

Het enige festival waar ik niet was

Nee, ik ben er niet geweest. Kom op, ik was 13. Maar het voelt van wel. Woodstock heeft me gemaakt wie ik ben. Het is een belangrijk deel van mij, van mijn leven. De muziek meteen al. Ongelofelijk. Maar ook: het gevoel. Dit kan. Three days of love and music. Kijk nou. Zie je wel.

Ik had er iets over gelezen, misschien was het op het journaal geweest. Maar het landde pas goed een jaar later ofzo, met de soundtrack. Drie elpees in een lange uitklaphoes. DRIE elpees. Wow. Drie.

De platenzaak in de stad, Van Leest, had toen luistercabines. Koptelefoons bestonden nog niet. Achterin de zaak waren drie kleine hokjes met een bankje en een platenspeler waar je een elpee kon proefluisteren. Wist jij veel wat je kocht? En een elpee was zeker vijftien gulden, een maand sparen. Komt opeens Woodstock uit. Drie elpees. Vijftig gulden. Vergeet het maar.
Dus gingen we luisteren bij Van Leest. Elke dag, na school. Met dikke boekentassen, met nog een laatste stinkende pindakaasboterham in de trommel, op naar de achterste rij platenbakken, naar de W en naar de kassa. "Mevrouw, mogen we deze even luisteren?"
Na twee, drie weken werd ze boos. Dat kon niet meer. Ja, vijftig gulden is veel geld, het was een van de duurste platen van de zaak, daar moesten we natuurlijk goed over kunnen nadenken. Maar ook daarom: ze hadden er maar twee op voorraad en we hadden ze allebei al grijsgedraaid. Op kant vier, tweede nummer, zat al een krasje.

Maar ja, die muziek! Ongelofelijk. Santana, Jefferson Airplane, Joan Baez, Guthrie, de maf Country Joe die het publiek FUCK liet zeggen (ik heb lang niet geweten wat het betekende). Muziek waarbij de schellen van je oren vielen. De duivelssnelle Ten Years After, de engelachtig mooie Crosby Stills & Nash, de onaardse Sly Stone. De verpletterende Who met dat verbijsterende filmpje dat zo af en toe op Toppop te zien was, tussen domme clipjes van de Cats door. En, diepe stilte: Jimi Hendrix. Live. Hij was net gestorven.

De platen leken zo'n beetje het mooiste wat een jochie kon overkomen. Maar toen kwam er de film. Voor velen van mijn generatie ons JFK-moment. Wie kan die eerste keer vergeten? Voor mij was het de kerstvakantie, tijdens een logeerpartij bij mijn o zo stijve opa. Geen lol te beleven bij die man. En vandaar misschien, dat mijn oudere neven aanbelden toen ze onderweg waren naar de stad. Ze gingen naar Woodstock. De film.

Ik wist niet wat ik hoorde. Een film! Met, zo knipoogden mijn neven, meisjes uit het publiek. Blote meisjes. Daar zat een groot probleem: de film was voor 16 jaar (ja, daar lag vroeger de grens) en ouder en ik was 14. Maar mijn neven kenden de kassajuf. En daar zat ik dan. Rij 8.

Toen het licht weer aanging, was ik een ander mens. Opnieuw: de muziek. En die beelden: twee, drie, vier tegelijk. Je keek ze in hun neusgaten. Maar er was meer. Hippies. Overal hippies. Overal vriendelijkheid. Overal lachen, bloemen, lange haren, wijde jurken. Geen onvertogen woord. Het leek de normaalste zaak van de wereld.

Dat was het niet. Dat zei Max. Opeens stond hij op het podium. Bolle wangen, stoppelbaardje, tevreden lach, stralende ogen. Max Yasgur (He, een Max, Maxen zijn er niet zo veel). Het was zijn weiland. En hij bedankte hen. Dat ze de wereld hadden bewezen dat een half miljoen kids drie dagen samen konden zijn voor fun and music, en dat er niks anders was dan fun en muziek.

Ja, dat was zo. Bloemenkinderen. Love and peace (and music). Ze zouden mijn leven bepalen. Lang, tenminste. Vrienden, vriendschap helpt je door alles heen. Door kostschool, door eenzame studentenkamers, door tegenvallende examens, door fietstochten in snijdende regen, door ouderscheidingen, door stille nachten, door gebroken harten. Door alles.

Ze gaven meteen richting, in een erg verwarrende tijd. Ver weg was oorlog, Vietnam, een oorlog die nergens over ging, maar waar Amerika grote fouten maakte. Terwijl datzelfde Amerika jarenlang op een voetstuk was gezet thuis: de grote bevrijders, de grote voorbeelden. Land van afwasmachines en televisies op slaapkamers. Wel of geen Amerika, wel of niet je ouders geloven, wat te doen, wie te kiezen? Dan opeens die boodschap. Luid en duidelijk en helder. Love and peace. Waarom niet? Imagine all the people, sharing all the world, zong John Lennon niet veel later, en ook hij had gelijk. Give peace a chance.

Ik werd, was en ben hippie in hart en nieren. Ik loop niet langer in zelfgeborduurde spijkerbroek en Afghaanjas, maar voel me nog altijd bloemenkind. Mijn school en studie stond in het teken van vriendschap en helpen, en dat was ook een van de redenen dat ik voor dit beroep koos. Journalisten helpen -dat denken ze tenminste- de wereld. We laten zien wat er gebeurd, hoe het niet moet en hoe het wel kan. Ik probeer altijd hoop, een lach, een zonnestraal in mijn verhalen te stoppen.

Woodstock leerde me ook de magie van muziek te ontdekken. Niks mooiers op de wereld dan muziek. Iedereen houdt van muziek. Muziek kan binnen luttele seconden je kijk veranderen. Een droevig liedje, een vrolijk liedje: ze verzetten onmiddellijk je zinnen.

Muziek tekende mijn leven. Nachten doorhalen, elpeehoezen lezen, draaien, draaien draaien, luisteren luisteren. Wat een werelden gingen er open! Al mijn geld ging er aan op, al mijn tijd, alles was muziek. Sterker: het werd mijn beroep. Popjournalist zijn leek lang mijn ding, maar eenmaal bij de krant wilde ik niet meer. Even rook ik er aan, gratis platen, recensies schrijven maar nee: dat werd te gek. Opeens werd het zakelijk. Bang dat muziek zijn magie zou verliezen, deed ik het niet meer.

Maar het bloed kroop waar het niet gaan kon. De kunstredactie vroeg of ik wilde helpen. Concerten bezoeken, interviewtjes doen. En van het een kwam het ander. Werd ik toch popjournalist. En hoe! Ik legde de lat hoog, wilde iedereen spreken, en ik sprak ook iedereen. Bowie, Jagger, McCartney, Clapton, Paul Simon, Pink Floyd, Genesis, Yes, Talking Heads, U2, zelfs mijn allergrootste helden Frank Zappa en Neil Young. Ik reisde de wereld rond, zag superconcerten, premières, priveshows. Crowded House zong wat liedjes bij hen thuis, ik zag McCartney oefenen, zat op de kussens van de slaapkamer van Prince, Liep backstage bij Bowie, noem maar op.

Tussendoor sprak ik ook Santana, Joe Cocker, Jefferson Airplane, Melanie, John Sebastian, Crosby en Stills en Nash en Young en the Who. Niemand, niemand kon zich iets herinneren van Woodstock. Ik verbeet me in stilte. Juist het festival dat de diepste indruk op me maakte, heb ik niet bezocht en ik kwam er niks van te weten. Wel was er een keer het magische gevoel. In 1985, Live-Aid. Alle wereldsterren op twee podia, allemaal voor een enkel doel: een betere wereld. Die wereld keek wereldwijd toe via de tv. Ik voelde een band die de wereld bond.

Van het een kwam het ander. Al dat reizen was altijd improviseren. De grote popfestivals waren halve rampgebieden dus ook daar kwam het aan op improvisatie, zelfredzaamheid, snel door massa's heenkomen, praten met handen en voeten. Als vanzelf kwamen er reportages uit echte rampgebieden, zocht ik als vredesduif juist oorlogsgebieden op.

Of dat niet moeilijk was, vervelend, draaglijk, al die ellende, zo vroeg iedereen. Jazeker ging dat. Waarom? Door Woodstock. Door dat ene zinnetje van uberhippie Wavy Gravy, leider van de Hog Farm. Ergens roept hij opeens "There is always a little bit of heaven in a disaster area". En dat klopt. Daar heb ik altijd naar gezocht. Hoe diep de ellende, hoe zwaar het lijden, hou uitzichtloos de situatie: altijd was er wel iemand die het hoofd hoog hield, de handen uit de mouwen stak, de eerste stap zette.

Die man vinden. Zijn boodschap uitdragen, zijn licht laten schijnen. Dat wilde ik in mijn verhalen. Dat wil ik nog steeds. Dat heeft Woodstock in me wakker gemaakt. En dat houdt me op de been. Nog steeds. Nog altijd.

Max Steenberghe
Ik had een muzikaal leven voor 1988 en een daarna. Eerst was ik een bandjesjongen. Ben ik deels nog steeds, maar toen echt. U2, Springsteen, Simple Minds, Doe Maar. Posters aan de muur, playbacken - 'fan' spelen, kortom.

Iets van een dj of curator zat er wel al snel in, want toen ik mijn eerste tapedeck kreeg ging ik als een gek bandjes opnemen van radioshows. De Top 40-lijst vast in de linkerhand, de rechter boven de record- of pauzeknop. Noem het mijn eigen podcasts, die ik daarna kon afspelen. Bij megamixer Ben Liebrand was dat knip- en plakwerk niet nodig. De meestermixer deed dit een uur lang zelf, die sessies verslond ik.

Toen kwam de revolutie. House. De muziek greep me meteen vanaf het introductiejaar 1988 via de (illegale) radio, en vanaf 1990 in het uitgaansleven. Daar waar 'dance' hoort - de naam maakt er geen geheim van. Ik kan nog steeds jeuk krijgen van mensen die het genre nog steeds puur als muziek beoordelen. Terwijl het zoveel meer is.

Dance is een middel voor verbroedering, voor dansvreugde, voor paringsrituelen. Op raves, in de club en later in de openlucht. Met MDMA als een grote katalysator uiteraard, maar aan die pilletjes durfde ik toen nog lang niet aan. Aan de muziek en het hele sfeertje in de club, zorgvuldig opgebouwd via flyers, had ik ook genoeg. Het was betoverend, weekend na weekend paradijsjes op aarde.

Zo betoverend dat ik droomde van meer. Platen kopen, dj worden, feestjes organiseren. Samen met een vriend begon ik een 'drive-in-show' (aanvankelijk feesten en partijen, maar met de verdiensten kochten we house die we stiekem tussendoor draaiden), later gingen we met de vriendengroep party's bouwen. Amazing Discoveries noemden we ons. Ik werd ook vaste dj in een aantal Brabantse clubs.

Omdat ik vond dat ik hier niet genoeg voor had é n omdat in 2001 een andere droom uitkwam - ik werd journalist - begon ik over dance te schrijven. Het genre was al ontzettend groot, maar er werd in de massamedia nog nauwelijks over bericht. Of het moesten de 'maandagse' berichten zijn over hoeveel mensen er met pillen waren opgepakt na een party. Daar moest en zou ik verandering in brengen!

Voor mijn eigen krant Eindhovens Dagblad (de lichtstad heeft nog steeds een grote klik met techno en dance) en freelance voor dancebladen als DJ Broadcast interviewde ik zowat alle grote dj's ter aarde. Bij Armin van Buuren kwam ik nog op zijn zolderkamertje, toen hij net aan het doorbreken was. In weekends deed ik verslag van tal van feesten en festivals. De koning te rijk.

Andere journalistieke redacties en klussen kwamen en gingen maar anno 2014 volg ik de boel nog steeds op de voet. Vorig jaar kwam opnieuw een droom uit: een eigen boek. Met 'Dutch Dance', over 25 jaar dance in Nederland, won ik de Pop Media Prijs, de belangrijkste onderscheiding voor de popjournalistiek in ons land, en inmiddels is het boek toe aan de tweede druk. Waanzinnig en totaal onverwacht.

Met drie kids is het tegenwoordig wat lastiger om bij alle feestjes te zijn, maar een keer per maand lukt me nog altijd. En de muziek vreet ik nog dagelijks - met nu en dan heus nog wel een bandje tussendoor.

Mark van Bergen

Colofon

Concept/coördinatie   Mark van Bergen
Verhalen   Mark van Bergen
Max Steenberghe
Ontwerp/techniek   Erika Massuger
Erika Massuger (1985) is 1.55 hoog, geheel opgetrokken uit broncode en zo smart als haar auto. Ze volgde studies aan het Grafisch Lyceum (IT Mediaproductie), Fontys Hogescholen (cum laude ICT & Media Design, Marketing, winnares scriptieprijs) en het CKE (fotografie).

Ze is webmaster van het Eindhovens Dagblad en tekent voor de speciale producties van die en andere Wegener-kranten. In haar vrije tijd maakt ze foto-reportages, ontwerpt en bouwt ze websites voor startende ondernemers. Zie ook massugez.nl
Eindredactie   Jan Speelman
Beeld/fotografie   Hollandse Hoogte
ID&T
Maurice Vinken
Walter Aeckerlin
e.a.
Sales   Albert Smeitink
Support   ID&T
Contact   Stuur een e-mail

Interviews met o.a.

Michael Lang (organisator Woodstock)
Tom ter Bogt (hoogleraar popmuziek)
Showtek, Fedde Le Grand, Eddy de Clercq en Dimitri Kneppers (dj's)
Irfan van Ewijk (mede-oprichter ID&T)
 
woodstock-mysteryland.com is een initiatief van Eindhovens Dagblad